De collectie van het Vaticaans museum in Rome is adembenemend. De meeste mensen komen voor de wereldberoemde fresco’s van Michelangelo op het plafond van de Sixtijnse kapel, of voor de vier zalen met de Stanze’s van Rafael. Ook is er een weinig bezochte collectie hedendaagse religieuze kunst. En daar is iets merkwaardigs aan de hand. Het gaat om een schilderij van Francis Bacon (1909-1992): Study for Velazquez Pope II, uit 1961.
Het oeuvre van Bacon is compromisloos, confronterend, shockerend, aangrijpend. In veel van zijn werken zoekt hij de grenzen op of gaat eraan voorbij. De personen die hij uitbeeldt zijn vaak misvormd. Daarmee tracht hij hun innerlijk uit te beelden. Hij stulpt hun psyche binnenste buiten, hun emoties, hun donkere kanten, hun dubbelgangers, en legt die meedogenloos op het doek vast.
In 1950 kreeg Bacon een portret onder ogen, dat van paus Innocentius X, in de zeventiende eeuw geschilderd door Velázquez (zie de foto boven, links). Volgens Bacon portretteerde Velázquez de paus vooral als een mens van vlees en bloed, niet zozeer als de hoogste vertegenwoordiger van God op aarde. Die menselijkheid, kwetsbaarheid, die emoties achter de façade, raakten hem. Als reactie schilderde hij een reeks studies van die paus van Velázquez, waarvan er één dus in het Vaticaans museum hangt. Nu valt die studie nog wel mee, hoewel het gezicht van de paus al de eerste sporen van desintegratie vertoont. Maar het uiteindelijke resultaat (foto boven, rechts) is ronduit dramatisch. De paus is in de versie van Bacon een geketende, opgesloten, eenzame man die, zo lijkt het, geëlektrocuteerd wordt. Bacon scheurt die paus open en legt de wereld in en achter hem vast op het doek. Innocentius schreeuwt, wil bevrijd worden, maar zit vast. Het is het drama van een mens die, willens of wetens, of misschien wel ongewild, in een geïsoleerde machtspositie zit en niet mens kan zijn, maar alleen beeld, rol, icoon.
Oneindig mooi, dat Vaticaans museum. Maar ook wonderlijk. Eerst sta je nog met honderden anderen, schouder aan schouder, naar het plafond te turen, naar dat meesterwerk van Michelangelo, terwijl suppoosten als irritante steekvliegen om je heen zwermen. No photo … no photo! , roepen ze onophoudelijk. En ze produceren sissende geluiden met hun tanden. Want je moet stil zijn, het is immers een kapel waar je bent en bovendien de plek waar de nieuwe pauzen worden gekozen. En dan, niet veel later, loop je langs Francis Bacon die het pausdom keihard op de korrel neemt. Hoe komt dat schilderij in het Vaticaans museum terecht? Door een bewuste daad van de curatoren? Of is het, hoe onwaarschijnlijk ook, uit onwetendheid aan de muur gehangen?
Een hilarische dialoog tussen de paus en Michelangelo door MontyPython (klik op deze zin)
Beide schilderijen boven het bericht laat ik in lessen vaak de revue passeren, altijd weer komt iemand tot de conclusie dat Bacon paus Innocentius na zijn dood portretteert. Zelfs bij het eindexamen luidde een van de vragen: noem drie redenen waardoor deze paus als geest op te vatten is. Terug van Bacon naar Vélazquez schakelend wordt de geniale wijze waarop Vélasquez psychologiseert nog eens extra duidelijk. De man was natuurlijk wél een Borgia, een van de meest maffiose families aller tijden. Zelf vond hij het portret door V. niet helemaal bevredigend; ‘te realistisch’.
Het portret door Velasquez hangt overigens in dat rommelige pakhuis vol kunst, de Galleria Dria Pamphilj niet ver van de Via del Corso in Rome.